Fluitekruid - Anthriscus sylvestris

Diagnostische kenmerken: Bladscheden op de ribben dicht behaard, aan de randen wollig gewimperd. Stengel in de onderste helft op de ribben met korte teruggerichte haren, bovenaan (vrijwel) kaal. Plant overblijvend. Schermen met (4-)8-15 stralen. Bloemsteel onder de vrucht met een krans van korte stekelharen. Vrucht (zonder de stijlen) 6-10 mm lang, kaal, het steriele deel minder dan een kwart beslaand.
Hoogte bloeiende plant: 0,60-1,50 m.
Bloeitijd: Mei-juni.
Standplaats: Op vochtige, voedselrijke grond in graslanden en loofbossen, vooral in bermen en op dijken.