Deze paddenstoel komt uit de familie Sparassidaceae. De grote geel tot donker geelbruine paddenstoel lijkt op een spons. De grote sponszwam komt voor in Europa, Noord-Afrika, Azië en Noord-Amerika. Het is een parasiet op wortels van diverse naaldbomen, vooral sparren (Picea), Pseudotsuga, dennen (Pinus) en lorken (Larix), meestal op zand of lemig zand.
Kenmerken
De
 paddenstoelen zijn 10 tot 40 cm breed, 10 tot 15 cm hoog en 2 tot 5  kg
 zwaar. Ze hebben een bloemkoolachtige structuur met veel, gelobde 
vertakkingen. De blad- tot breed spatelvormige lobben zijn gekroesd, 
glad en hebben bruinwordende randen. De aparte paddenstoelen vormen 
samen een holte. Droog is de paddenstoel zeer bros. De korte, 
dikvlezige, geelbruine steel is enigszins vergroeid met het substraat en
 lijkt op een koolstronk. Het bleekgele, taaie, kruidige vlees heeft een
 nootachtige smaak en een zoete geur.
Bron : 
Wikipedia