Speenkruid - Ficaria verna


Diagnostische kenmerken: Kelkbladen 3 (of 4).
Kroonbladen 6-12, goudgeel. Bladen alle ongedeeld, rond of de bovenste
hoekig, gaafrandig tot bochtig gekarteld, met hartvormige voet, glanzig.
Wortels ten dele spoel- of knotsvormig verdikt. Plant (vooral na de
bloei) met bolronde knolletjes in de oksels van de onderste bladen.
Vruchtjes alle of merendeels slecht ontwikkeld. Kroonbladen meestal
langwerpig, elkaar met de zijden meestal niet bedekkend, 8-20 mm lang.
Hoogte bloeiende plant: 0,05-0,30 m.
Bloeitijd: Maart-mei.
Standplaats: Op beschaduwde of grazige, vochtige, voedselrijke bodem; zoutmijdend.
Zeldzaamheid en verspreiding: Algemeen.
